Oorlog en Bersiap | 2020: 75 jaar vrijheid (1). De capitulatie van Japan 15 augustus 1945

2020: Het Koninkrijk 75 jaar bevrijd 

De Nationale herdenking 15 augustus heeft de melati of Indische jasmijn tot symbool gemaakt. IndischHistorisch.nl zal de melati ook als beeldmerk gebruiken in onze publicaties en andere activiteiten rond het thema ’75 jaar vrijheid’

Na 5 mei is er 15 augustus
Voor het zuiden van Nederland wordt de bevrijding al vanaf september 2019 herdacht en gevierd. Voor geheel Nederland is 5 mei 2020 de officiële nationale bevrijdingsdag.
Echter, niet het gehele koninkrijk was toen bevrijd. Vele landgenoten en nabestaanden weten dat er ‘die andere’ bevrijdingsdag is op 15 augustus. Nog minder mensen weten dat het geen echte bevrijding bleek te zijn. IndischHistorisch.nl zal dit jaar onder aandacht brengen waarom met 5 mei als Bevrijdingsdag niet het complete bevrijdingsverhaal is.

Hoe was het ook alweer in bezet Nederlands-Indië?
De tweede atoombom die op 9 augustus 1945 Nagasaki grotendeels verwoestte, brak de Japanse wil om door te vechten. Op 15 augustus richtte keizer Hirohito zich via de radio tot het Japanse volk. In zijn toespraak klonk het besef door dat doorvechten niet alleen het einde van de Japanse beschaving zou betekenen, maar dat ook die van de gehele mensheid op het spel zou staan. 1)
De capitulatie was in de bezette gebieden op 15 augustus nog niet bekend bij de meeste krijgsgevangenen en geïnterneerde burgers. Vaak pas ruim een week later.  Het beeld in de kampen was daarom niet die van uitgelaten, lachende, feestvierende mensen die de geallieerde soldaten verwelkomden. De naderende capitulatie was in het bevrijde Nederland vaak al eerder bekend dan bij de geïnterneerden in Indië zélf. Daarvan getuigt een bericht in het toenmalige Provincaal Noordbrabantsch Dagblad van 10 augustus 1945, één dag na de bom op Nagasaki. 2)

In Nederland was de capitulatie van Japan eerder bekend. De Europeanen in Indië en de krijgsgevangenkampen daarbuiten wisten daar niets van. Bron: Provinciaal Noordbrabantsch Dagblad, 10 augutstus 1945

Persoonlijke ervaringen van 15 augustus 1945
Tineke Tempelaar

De 10-jarige Tineke Tempelaar, haar moeder en broer Kees zaten in januari 1943 eerst  in kamp Kawarasan bij Kediri. In januari 1944 moesten ze naar het kamp Banjoebiroe 10 bij Ambarawa, Midden-Java. Op 23 augustus werden de mensen bij de poort bijeengeroepen. Ze verwachtten dat zoals gebruikelijk er diep moest worden gebogen of dat ze getuige moesten zijn van een pak slaag dat een kampgenoot ten deel zou vallen.

Deze keer was het anders. Er hing al dagen een voelbare spanning, ‘de Jap’ had zich bijna niet laten zien en niet geslagen. Bij de poort werd ons meegedeeld dat de oorlog afgelopen was. Er was geen uitbundige vreugde, daarvoor waren we te slap en te murw van de jarenlange ellende, ondervoeding en ziekten. Het gaf een immens gevoel van hoop, verwachting en vertrouwen: het is voorbij, mijn vader komt, we gaan terug naar ons huis op de suikeronderneming. Alles wordt weer goed. De poort stond open en ik maakte met mijn moeder enige dagen later een wandeling buiten het kamp. We schrokken van de afwerende, vijandige houding van de inlanders, zo totaal verschillend van wat we gewend waren voor de oorlog. Daarna verschenen soms uitgemergelde mannen in het kamp op zoek naar hun gezin. Maar er verscheen ook regelmatig een kampgenote, de vrouw van een dominee. Meestal ’s avonds, als we allemaal binnen zaten op onze slaapplaats. Als ze binnenkwam viel er een doodse stilte. 3)

Vrouwenkamp Banjoebiroe 10, Midden-Java. Het was met 5000 personen een van de grootste interneringskampen. Bron foto: Nationaal Archief, Collectie Losse aanwinsteninv.nr 50 Album N. Drakuliç en V. Schreiber. Fotograaf N. Drakuliç.

In het persoonlijke relaas zit de dreiging al verpakt die buiten de kampen in de lucht hing en later tot de vreselijke gebeurtenissen van de Bersiaptijd uitgroeide. Tineke Tempelaar, haar moeder en broer Kees werden eind november 1945 door Brits-Indische Gurkha-militairen naar Semarang gebracht. Van daaruit gingen ze op 18 december 1945 met 345 andere evacués aan boord van het Britse vliegdekschip H.M.S. Colossus naar Colombo, Ceylon (Sri Lanka), naar een letterlijk veilige haven. 4)

Frederik Disco was 11 jaar oud toen zijn vader na de capitulatie van het KNIL op 9 maart 1942 in krijgsgevangenschap ging. Zijn moeder vluchtte met haar vijf kinderen naar een fruitplantage bij Boedjoeloe in het berggebied van Zuid-Celebes.
Op 6 augustus 1945 werd er door iedereen geroepen dat de Amerikanen een enorme bom op Japan hadden laten vallen. Kabar angin! (gerucht). Dit was, zoals we later hoorden, de atoombom genaamd Little Boy, afgeworpen door de bommenwerper Enola Gay op Hiroshima. Op 9 augustus 1945 volgde een tweede atoombom, Fat Man genaamd, die op Nagasaki werd afgeworpen. Deze bommen dwongen de Japanners tot capitulatie op 15 augustus 1945. Maar er gebeurde verder helemaal niets. De Makassaren hielden zich stil. Niemand wist wat we met de situatie aan moesten. Er heerste helemaal geen juichstemming. 5)

Strooibiljet van de Geallieerden boven Balikpapan verspreid. Bron: 35-2-2.25 (strooibiljet), Propagandadrukwerk WOII (collectie strooibiljetten), Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie NIOD

Winny de Vries
Wanneer de oorlog uitbreekt woont ze in Solo, Midden-Java. Op een dag werd vader voor de dienst opgeroepen. Ze zou hem nog een keer zien in de gevangenis in Djokjakarta. Pas in 1978 komt ze te weten dat haar vader al in 1943 was overleden; zijn lichaam was aangespoeld in Nieuw-Guinua.
In de oorlog woonde Winny in het huis van haar opa. Ze vertelt: “Op een dag roept haar moeder “We zijn vrij”!. Dat heeft ze gehoord via een geheime zender van vrienden. Vrede…De Jappen verdwijnen uit het straatbeeld.” 6)

Godfried Abraham Schotel
Op voorspraak van kampleider De Villeneuve was Godfried Abraham Schotel vanaf 21 juli 1944 hoofd geworden van het jongenskamp, ook bekend als Kamp Baros 6.
Na het bekend worden van de Japanse overgave op 15 augustus 1945 volgde een rommelige periode. De orde in het kamp was ver zoek en iedereen wilde weg. Naar huis of om familie te gaan zoeken. Het werd al gauw duidelijk dat er toch dingen waren veranderd. Zo zagen de mensen rood-witte vlaggen op gebouwen wapperen. En er waren berichten op de radio over de nieuwe republiek Indonesië. Na een maand van onzekerheid volgde in september 1945 het besef dat de situatie verre van veilig was. Uit vliegtuigen kwamen folders met de oproep het kamp niet te verlaten. Het kamp vulde zich met geboloste mensen: voormalige geïnterneerden die nu familieleden bij zich hadden. Het kamp veranderde in een soort gezinskamp, wat dan weer zijn eigen organisatorisch problemen veroorzaakte. 7)

Proklamasi ‘Republik Indonesia’ 17 augustus 1945
Tussen 15 augustus en 24 augustus hadden Soekarno en Hatta de ‘Proklamasi’ uitgesproken. Daarmee hadden ze de Indonesiërs bekendgemaakt dat ze vrij waren. Dat ze niet meer door Japan of de Nederlanders werden overheerst. Het zou het begin zijn van een bloedige periode waarbij Nederlanders en Indo-Europeanen vogelvrij waren voor het geweld van extremistische groepen jonge revolutionairen, de pemuda. Deze richtten zich met veel geweld tegen de Europeanen. Aangezien dezen merendeels in de kampen zaten, werden de Indo-Europeanen hun doelwit. Temeer omdat ze hen als met de koloniale overheerser collaborerende mede-Aziaten zagen. Een vijandbeeld dat de Japanners met succes hadden overgebracht. 8)

Mensen gaan de kampen uit: wat treffen ze daarbuiten aan?
Na de bekendmaking van de capitulatie gingen na dagen van aarzelen en ongeloof, steeds meer mensen de kampen uit. Ze wilden hun huizen opzoeken en vooral familieleden en vrienden. Eind augustus gaven de Japanners de Indo-Europese geïnterneerden toestemming de kampen te verlaten. Het streven was dat ze allen in de eerste week van september de kampen hadden verlaten. De Japanners wilden daarmee benadrukken dat Indo-Europeanen tot het Indonesische volk behoorden en niets hadden te vrezen van hun mede-Aziatische landgenoten.
De Japanners wisten echter goed hoe de stemming onder de, vooral jonge, Indonesiërs was. De vraag komt op of ze dan bewust de Indo-Europeanen aan gevaar hebben blootgesteld. Op last van de geallieerden moesten de Japanners de vrijlatingen stoppen en álle geïnterneerden bij elkaar houden in de kampen. De beoogde hulpverleningsactie aan de geïnterneerden zou zo sneller de mensen bereiken dan wanneer iedereen zich overal had verspreid. 9)

Gedreven door vrijheidszin en om krijgsgevangen echtgenoten en familieleden te zoeken, verlieten toch meer geïnterneerden in navolging van de Indo-Europeanen de kampen. De Japanners hielden hen niet echt tegen. Voor de geïnterneerden moet de terugkeer in de wereld die ze van achter het kawat ruim drie jaar niet meer hadden gezien er een van vervreemding zijn geweest. Blanken ontbraken in het straatbeeld, auto’s en andere vervoersmiddelen reden er nauwelijks, wegen en gebouwen zagen er verwaarloosd uit. De schok moet groot zijn geweest toen de ex-geïnterneerden hun woning hadden teruggevonden. Daar woonden nu Indonesiërs of ze stonden leeg en waren leeggeplunderd. Al snel ontstonden conflicten met Indonesiërs, die zich echter niets meer door de Nederlanders lieten zeggen. De ex-geïnterneerden waren geschokt, vervolgens lamgeslagen. Ze liepen verdwaasd en hulpeloos rond. Meestal volgde een tragische terugkeer naar dat vervloekte kamp. Hulp van teruggevonden Indische of Chinese vrienden van vroeger konden ze niet verwachten aangezien de oorlog hen berooid en angstig had gemaakt. 10)

Tijd en plaats: niet bekend. Het interieur van hun huis dat een voormalig geïnterneerde familie aantrof na ruim 3 jaar verblijf in een kamp. Bron: KITLV A216, URL: http://hdl.handle.net/1887.1/item:936281

In het volgende deel van deze reeks artikels wordt duidelijker dat er van een echte bevrijding geen sprake zal zijn. De dramatische Bersiapperiode breekt aan. Voor vele Indische Nederlanders een ergere tijd dan de Japanse bezetting.


Noten
1. https://www.nationaalarchief.nl/beleven/verhalenarchief/kamp-in-nederlands-indie
2. https://www.niod.nl/nl/70jaar-wo2/japan-capituleert
3. https://www.tempelaar.info/verhalen/1939-johan-cornelis-tempelaar.html
4. Idem
5. http://www.indischhistorisch.nl/tweede/familieverhalen/familieverhalen-verdrongen-verleden-het-levensverhaal-van-frederik-disco-3/
6. Erica Bürer, Imagine. Verhalen van Indische Nederlanders, Amersfoort 2018, p. 224.
7. http://www.indischhistorisch.nl/tweede/familieverhalen/familieverhalen-tussen-agoeng-en-gedeh-levensbeschrijving-g-a-schotel-1904-1983-2/
8. https://isgeschiedenis.nl/nieuws/vrijheidsstrijd-of-verraad-de-proklamasi-van-soekarno-als-splijtzwam-in-indie
9. L. de Jong, Het Koninkrijk der Nederlanden in de Tweede Wereldoorlog 11c. Nederlands-Indië III, ’s Gravenhage 1986, pp. 510-519.
10. Ibidem.

Internet
Nationale herdenking 15 augustus